
kunst zet mensen aan het denken. het kijken naar bijvoorbeeld surrealistische beelden wekt verwondering: wat doet die appel voor dat gezicht? waarom liggen die hersenen in die hand in dat verlaten landschap? veel beelden werken rechtstreeks op de cognitie: je gaat erover nadenken, je verwondert je, je zoekt er meer over op en praat erover met anderen. dat is een kracht van kunst.
maar er is ook een domein van de beeldende kunst, dat op een andere laag werkzaam is. in plaats van het verstand aan te spreken, richt het zich direct tot het gevoel. dat kan door middel van een herkenbaar beeld – zoals vliegen rond een ontbindende koeienkop in een afgesloten ruimte – maar ook met iets ogenschijnlijk eenvoudigs, zoals een rood vlak aan de muur.
met mijn kunst wil ik het gevoel rechtstreeks aanspreken. ik maak werken die figuratief zijn, abstract, of zich in het grensgebied daartussen bewegen. daarbij kies ik er bewust voor om, ook in de meer representatieve of figuratieve werken, het materiaal een hoofdrol te laten spelen. toch kan figuratie afleiden. in mijn abstractere werken probeer ik juist door te dringen tot de emotionele kern. zoals zoë welsh treffend zegt: “…abstraction is so much about getting to the immediate core of the underlying emotion or tone, the mood of a work…”.
ik kan niet anders dan trachten rechtstreeks door te dringen in de onderliggende emotionele huishouding van de kijker. juist omdat voor mij de mens onvermijdelijk een subliem wezen is, wil ik de kijker bevragen in zijn zijn. ik zoek het gesprek dat plaatsvindt tussen kunstwerk, toeschouwer en ervaring – voorbij de mogelijkheid om zich cognitief buiten die ervaring te plaatsen. ik vraag de kijker zich los te maken van zijn rol als toeschouwer. en het toeschouwer zijn op zichzelf leidt af van de werkelijke kern.
mijn kunst wil die vermijding doorprikken, tot aan de vragen over hoe wij als sublieme wezens in de wereld functioneren. daarom: “kunst legt de misleiding bloot”.
art sets people thinking. looking at surrealist images, for instance, evokes wonder: what is that apple doing in front of a face? why are those brains resting in that hand in a desolate landscape? many images act directly upon our cognition: they make us reflect, they stir curiosity, they invite us to read more and to discuss them with others. that is a power of art.
yet there is another domain of the visual arts, one that works differently. instead of appealing to the intellect, it speaks directly to the emotions. this can be through a recognizable image – such as flies circling a decaying cow’s head in a sealed space – or through something seemingly simple, like a red square on the wall.
with my work, i aim to address emotion directly. i create pieces that are figurative, abstract, or situated somewhere in between. even in my more representational or figurative works, i choose to give materiality a central role. yet figuration can distract. in my more abstract works, i seek to reach the emotional core itself. as zoë welsh aptly puts it: “…abstraction is so much about getting to the immediate core of the underlying emotion or tone, the mood of a work…”.
i cannot but attempt to penetrate directly into the underlying emotional household of the viewer. precisely because, to me, the human being is inescapably sublime, i wish to confront the viewer in their being. i aim for the dialogue that arises between artwork, viewer, and experience – beyond the possibility of placing oneself cognitively outside that experience. i ask the viewer to detach from their role as spectator. for being a spectator, in itself, distracts from the very core.
my art seeks to strip away that evasion, down to the questions of how we, as sublime beings, exist and act in the world. hence: “art bares the delude.”


